Energie-Blog

André Jurres

Dit weekend heeft mevrouw Van den Bossche haar zowat eerste publieke opmerking gemaakt als minister van energie na een klein jaar bevoegd te zijn. De mededeling kan tellen, men gaat de subsidie voor grootschalige groenstroom projecten herzien en dan vooral zonnepanelen. Op vraag van de netwerkbedrijven zal dit gebeuren daar deze vooral voor zonneprojecten de subsidies betalen en deze doorrekenen aan hun klanten. Nu hebben de netwerkbedrijven natuurlijk hun eigen belang bij dit verhaal daar ze enerzijds een grote geldstroom dienen te beheren die niet van hun is en anderzijds goed weten dat ze de bevolking niet ook nog eens een extra kunnen aanrekenen voor het bouwen van een slim netwerk met onder andere slimme meters. Het eigen belang speelt hier maar zoals altijd is er wel een grond van waarheid. Reeds van bij het begin van de introductie van subsidie voor groene stroom zijn dit soort problemen naar boven gekomen. Zelf zijn wij(toen ik nog baas van Essent was) slachtoffer geworden van een onbetrouwbare Vlaamse overheid die van de ene op de andere dag de vrijstelling van distributiekost opblies als je groene stroom leverde aan de eindklant. Het argument was toen dat er een foutje geslopen was in de regelgeving en het nooit de bedoeling was dat geimporteerde groene stroom ook deze vrijstelling kreeg. Daar sta je dan met je campagne en product, vele jaren later denkt de Raad van State er ook zo over en zal Essent gelijk krijgen ten gronde. Terugkomend op de mededeling van vandaag zijn er wellicht wel wijzigingen nodig in de explosie van grootschalige projecten en dan vooral in zonne-energie maar om te zeggen dat de bedrijven niks meer mogen morgen vindt ik onverantwoord. De bedrijven die kunnen aantonen bijvoorbeeld dat het meest van de energie lokaal blijft(bijvoorbeeld minimum drempel inbouwen dat 70% lokaal moet blijven) zouden toegang moeten blijven krijgen tot het netwerk. Men kan ook een plafond per project in bouwen zoals ik al eerder had voorgesteld(toen had ik 3 tot 5 MW voorgesteld). Wat vooral belangrijk zal zijn dat als men zaken gaat veranderen dat men dit ver op voorhand aankondigd met een minimum van drie jaar op voorhand. Men moet goed beseffen dat vele bedrijven vandaag overwegen om deze investering te gaan doen op grond van de regelgeving die vorig jaar nog is gewijzigd door de vorige minister en voorzien was om een aantal jaren een vast kader te krijgen en zekerheid te bieden. Het is echter niet de eerste keer dat een minister een telefoontje krijgt van een voorzitter van een intercommunale en direct de kraan toedraait. Als ik me niet vergis is de man die alles gratis wou in Vlaanderen toch voorzitter van een pure intercommunale?