Energie-Blog

André Jurres

Vorige week had ik het genoegen om op bezoek te gaan bij een ondernemer die met succes zijn bedrijvigheid heeft omgevormd.  De man sprak met een kennis en passie die je alleen vindt bij mensen die door te werken resultaat willen boeken.
Dit bedrijf had vroeger als hoofdactiviteit het maken van veevoeder uit dierlijk afval.  De verschillende voedselcrisissen hadden hem diep geraakt en hij heeft toen besloten om met dit afval iets anders te gaan doen.  Vandaag gaat hij in het najaar zijn nieuwe energiecentrale opstarten die voor vele duizenden gezinnen/bedrijven groen stroom zal produceren.  Wat mij opviel was het grote contrast tussen de passie en de wil van deze ondernemer die heel zijn leven al werkte met deze producten en dit in schril contrast met de “snelle” jongens die geld ruiken van het nieuwe “eco” gevoel.
De initiatieven voor nieuwe biofuel electriciteitscentrales te bouwen zijn talrijk, sommigen spreken al van de bouw van tientallen centrales die honderden MW’en gaan opwekken.  De gevolgen op de internationale markten zijn al voelbaar, de wedloop naar biofuels zoals palmolie zorgen ervoor dat ons voedsel duurder wordt en dat de natuur nogmaals wordt benadeeld.  De zoektocht naar brandstof begint stillaan onze voedselketen te onderbreken, het gebruiken van afval, dierlijk of plantaardig, kan nuttig zijn maar het gebruiken van voedsel om energie op te wekken gaat hopelijk gestopt worden door de politiek.
Het zijn vooral de arme landen in Afrika en Azië die massaal overschakelen op het produceren van deze biobrandstoffen zonder genoeg na te denken over de gevolgen voor hun lokale flora en fauna.  Het feit dat men dan vervolgens deze brandstoffen gaat subsidiëren waardoor de prijs nog meer stijgt geeft een pervers effect.
Het introduceren van een certificaten systeem om aan te tonen dat de biobrandstof lokaal wordt gemaakt zonder het milieu aan te tasten is zeker geen overbodige luxe die voor alle landen moet gaan gelden. 
Tevens zou men nog meer dan vroeger de nadruk moeten leggen op kleinschalige productie ten voordele van nieuwe marktpartijen zoals het bedrijf wat ik vorige week heb mogen bezoeken.  In mijn huidige voorbereiding om een nieuw energiebedrijf te beginnen in het najaar zijn dit soort bezoeken van belang om de juiste balans te vinden in de uitbouw van een onderneming.  
Eén van de mogelijke aktiepunten voor een volgende regering kan er uit bestaan om bedrijven te motiveren om decentrale energie op te wekken zodat men minder afhankelijk word van enkele grote centrales die eigendom zijn van internationale energiebedrijven.