Energie-Blog

André Jurres

Deze week is er vooral veel gepraat en geschreven over het nakende failliet van het Nederlandse bedrijf Econcern dat wanhopig een oplossing zoekt voor zijn ongebreidelde expansie van de laatste jaren.  Met meer dan 200 deelnemingen in meer dan 20 landen is dat ook geen verrassing.  Buiten de administratieve chaos die zoiets met zich mee brengt daar ieder land een totaal andere opvolging vereist en dus veel management tijd vraagt is het gebrek aan focus een ander probleem.  Ieder bedrijf dient keuzes te maken en zeker als snelle groeier.  Of men kiest voor een beperkte geografische regio of voor een beperkt aantal producten/diensten/projecten/technologie. Doet men dit niet dat krijgt men chaos of men moet onbeperkte financiële middelen hebben en bereid zijn leergeld te kunnen betalen.  Ook dient men zijn overhead(lees stafleden ten dienste van de verschillende projecten) beperkt te houden en ervoor te zorgen dat men deze kosten kan betalen zonder externe financiering(lees eigen kapitaal of leningen van zijn aandeelhouders/partners) totdat de projecten deze vanuit hun kasstromen kunnen terugbetalen.  Het is wrang om te zien dat bedrijven vaak ten onder gaan aan een gebrek aan kapitaal/werkingsmiddelen gedurende de eerste jaren van hun bestaan.
Zelf hebben we voor NPG energy ervoor gezorgd dat er geen onnodige kosten gemaakt zijn tijdens de opbouwfase en zijn de eerste projecten nu in ontwikkeling.  Dit betekent als ondernemer dat je investeert en jezelf bijvoorbeeld geen loon/bonus betaald totdat de eerste projecten operationeel zijn.  Dit biedt ook voor de eventuele mede investeerders het voordeel dat zij zien dat hun geld voor een heel groot deel rechtstreeks naar de projecten gaat(en het management dus ook zelf heeft geïnvesteerd met hun tijd om de eerste projecten klaar voor financiering te krijgen wat gemiddeld toch een tweetal jaren in beslag neemt) en niet dient om de overhead te betalen.  Deze week stond er nog een interessant artikel in Trends over de groene stroom industrie en het gedeeltelijk opdrogen van goedkoop geld.  De banken zijn vooral voorzichtig geworden voor de grote projecten die dan nog vaak met heel veel vreemd vermogen worden gefinancierd.  Grote projecten hebben grote bedrijven nodig daar het voorfinancieren en de doorlooptijd van zo'n projecten veel geduld vraagt.  Daarom geloof ik persoonlijk niet in relatief kleine bedrijven als Econcern, Theolia, Thenergo, Electrawinds, etc die zich mengen in bijvoorbeeld grote offshore windmolenparken.  Daar hebben ze simpelweg de balans niet voor en ook niet de kennis.  Zelf werk ik ook al een tweetal jaar voor Dong energy die wereldleider is in offshore maar dit ook met het nodige leergeld heeft betaald.  Dong zelf heeft zo'n 800 ingenieurs die intern de projecten opvolgen(deze zijn fulltime bezig met de projectontwikkeling/begeleiding op een totaal van 5000 werknemers).  Daarnaast kunnen ze ook als groot producent van elektriciteit en eigenaar van gas- en olievelden rekenen op stabiele kasstromen om nieuwe projecten te financieren. Dit zijn gewoon de essentiële randcriteria die nodig zijn om grootschalige projecten te kunnen ontwikkelen.  Bij NPG hebben wij vanaf het begin haalbare doelen gesteld met duidelijke een maximum qua grote per project in de Benelux. Gemiddeld zijn de projecten maximum 10/20 MW, bijkomend voordeel van deze relatief kleine projecten is dat deze voor grote energiebedrijven gewoonweg niet interessant zijn daar zij zich per definitie focussen op grote projecten. Zelf hoop ik wel dat Econcern op een of andere manier kan gered worden want dit is een onnodig negatief signaal naar onze sector toe die zeer veel groeimogelijkheden en garanties biedt.